Computer processor
Een processor, ook wel een centrale verwerkingseenheid (CPU) genoemd, is het brein van een computer. Het is een chip die verantwoordelijk is voor het uitvoeren van instructies en berekeningen die nodig zijn om softwaretoepassingen en besturingssystemen uit te voeren.
Kenmerken van een Processor
Een processor heeft meestal de volgende kenmerken:
- Klokfrequentie: dit is de snelheid waarmee de processor de instructies kan verwerken. Dit wordt gemeten in gigahertz (GHz) en bepaalt de snelheid van de computer.
- Kernen: dit zijn individuele processors die samenwerken om instructies te verwerken. Meerdere kernen zorgen voor betere prestaties bij multitasking.
- Cache: dit is een kleine hoeveelheid geheugen die de processor gebruikt om vaak gebruikte gegevens op te slaan en snel toegang te krijgen tot de gegevens.
Functie van een Processor
De belangrijkste functie van een processor is het uitvoeren van instructies die zijn geschreven in machinetaal. Dit zijn binaire instructies die zijn geschreven in een taal die de computer kan begrijpen. De processor haalt deze instructies op uit het geheugen, decodeert ze en voert ze uit.
De processor voert verschillende soorten instructies uit, zoals rekenkundige instructies, logische instructies, geheugeninstructies en besturingsinstructies. Het kan ook communiceren met andere apparaten, zoals de harde schijf, het geheugen en de invoer- en uitvoerapparaten.